Voeding Boettgers Dwergklauwkikker

Dieet

De Boettger’s dwergklauwkikker is een insectivoor (insecteneter) en eet regenwormen, tubifex (dunne rode wormen), rode muggenlarven, waterkreeftjes en andere waterinsecten. Deze kikkers kunnen ook gevoerd worden met pelletvoer (korrels). Dit voer is speciaal ontwikkeld voor waterkikkers. Voor de Boettger’s dwergklauwkikker moeten deze korrels fijngestampt worden.

Nutriëntenbehoefte

Het natuurlijke voedsel van Boettger’s dwergklauwkikkers is veel gevarieerder en rijker aan voedingsstoffen dan voedseldieren. Het dieet kan aangevuld worden met pelletvoer. In dit pelletvoer worden de benodigde vitaminen en mineralen aangeboden.

Vitaminen
Een vitamine A tekort zorgt voor oog- en huidproblemen. Deze problemen kunnen opgelost worden door vitamine A toe te voegen aan het voedsel. Een tekort aan vitamine B geeft problemen met de huid en de spijsvertering. Vitamine D3 is nodig voor de calcium opname. Vitamine D3 wordt met behulp van ultraviolet licht (zonlicht) in de huid gemaakt. Ultraviolet licht kan niet door glas heen. Aan dieren in een glazen vivarium dient vitamine D3 of ultraviolet licht gegeven te worden. Vitamine E is bevorderend voor de vruchtbaarheid en zit veel in vruchten of kiemen. Vitamine H is nodig voor de stofwisseling, een tekort kan een schilferachtige huid, spierverzwakking en vertraagde groei tot gevolg hebben.

Mineralen
De Boettger’s dwergklauwkikker heeft een inwendig skelet, voor de opbouw hiervan is calcium (kalk) en fosfor nodig. Het voedsel moet 1,5 keer zoveel calcium dan fosfor bevatten. Een kalkgebrek, in het voedsel, kan rachitis veroorzaken. Dit heeft tot gevolg dat het dier sponsachtige, misvormde en zwakke botten heeft of dat de eieren slecht zijn of een slechte uitkomst van de eieren (mismaakte of dode jongen) optreedt.
Naast calcium en fosfor zijn ook natrium, kalium en magnesium in redelijke mate nodig. Jodium, koper, mangaan, zink, selenium en ijzer zijn in minder mate nodig, maar het geheel ontbreken van deze mineralen kan ernstige gevolgen hebben.

Voedingsplaats en voedingsschema

Boettger’s dwergklauwkikkers moeten in ieder stadium van hun leven dagelijks gevoerd worden.

Handopfok

De Boettger’s dwergklauwkikker heeft 2 legsels per jaar, met 700 tot 1000 eieren. Leg de eieren in een aparte kweekbak, bij een watertemperatuur van 27°C. De watertemperatuur moet in 3 of 4 dagen geleidelijk teruggebracht worden naar 25°C. De larven eten fijngewreven vlokvoer voor vissen, watervlooien en eenoogkreeftjes. Later kunnen ze ook gevoerd worden met rode muggenlarven en tubifex.

Wanneer de metamorfose (gedaanteverwisseling van larf tot volwassen dier) begint moet de bak afgedekt worden, door middel van gaas, om te voorkomen dat de kikkertjes ontsnappen. Na de metamorfose kunnen de kikkertjes hetzelfde voer krijgen als de ouders.