Huisvesting Temminck Tragopan

Omheining

Temminck tragopanen dienen in volières gehouden te worden. Een volière dient te bestaan uit een houten of metalen frame. Tussen de palen kan gaas of net gespannen worden. Gaas heeft als voordeel ten opzichte van net, dat roofdieren er bijna niet door kunnen komen. Als de tragopanen opvliegen en tegen het gaas vliegen, dan kunnen de dieren zich verwonden. Bij een net is de kans op verwonden kleiner. Gekozen kan worden om op een afstand van tien centimeter van elkaar een dubbele afrastering te plaatsen. De buitenkant bestaat uit gaas en de binnenzijde bestaat uit een net. Roofdieren kunnen er moeilijk in door het gaas. De vogels verwonden zich minder snel door het net. Een groot nadeel is dat door zulke constructies de vogels moeilijker te zien zijn.
Temminck tragopanen dienen een binnenverblijf te hebben. De tragopanen zijn winterhard, dus verwarming is niet nodig. Tragopanen dienen te kunnen schuilen voor de regen en andere slechte weersomstandigheden. In het binnenverblijf wordt voer ter beschikking gesteld, zodat het niet vochtig wordt.

Vloer

De bodem van de volière kan het beste bestaan uit zand. Het grote voordeel van zand is dat volières dan makkelijk uitgeharkt kunnen worden.
De bodem van de volière kan ook bestaan uit gras. Veel liefhebbers vinden gras mooi, maar in de praktijk is het niet handig. Het is lastig om de mest te verwijderen. De meeste volières zijn te klein om alle mest weg te laten regenen. Als niet alle mest verwijderd kan worden, stijgt daardoor de besmettingsdruk van ziektekiemen en parasieten.
In het binnenverblijf dient de bodem voorzien te zijn van een bodembedekker. Hiervoor is (rivier)zand het meest geschikt, maar houtsnippers of stro zijn ook mogelijk. Een bodembedekking die stoffig is of bevattelijk voor schimmel kan beter niet worden gebruikt.
Stro wordt meestal mee naar buiten gesleept, waardoor het telkens bij elkaar geharkt dient te worden.
In een verblijf voor temminck tragopanen dient voldoende beplanting aanwezig te zijn. De voorkeur gaat uit naar planten die in de winter groen blijven. Dan kunnen de vogels ook in de winter dekking zoeken onder de planten.
Tragopanen voelen zich veilig, indien de mogelijkheid bestaat om de hoogte op te zoeken. Hiervoor kan gebruik worden gemaakt van een hoge struik of stok. Zowel in het binnenverblijf, als in het buitenverblijf, kunnen op verschillende hoogtes zitstokken worden opgehangen.

Onderhoud

De buitenvolière en het binnenverblijf dienen wekelijks uitgeharkt te worden, zodat de mest verwijderd kan worden. Als veel mest in de volière ligt, stijgt de infectiedruk en de kans op een worminfectie wordt vergroot.

Maten

Het buitenverblijf dient een grondoppervlak te hebben van ten minste 37 vierkante meter. De volière kan het beste ten minste twee meter hoog zijn. Ongeveer de helft van de buitenvolière dient voorzien te zijn van planten.
Het binnenverblijf dient een oppervlakte te hebben van ten minste vier vierkante meter.